Voetballers mogen niet zomaar hun shirtje ruilen na een wedstrijd, zo blijkt uit een rondgang langs clubs uit de Eredivisie. In veel gevallen moeten spelers de outfit zelf bekostigen en soms wordt het zelfs verboden door hun werkgever.

Vijf jonge supporters van ADO Den Haag schreeuwden hun kelen schor toen PSV’er Timothy Derijck afgelopen zaterdag na de 1-6 de kleedkamer opzocht. „Derijck!!! Je shirt!!! Mogen we je shirt?!!!”, smeekten ze vanaf de tribune naast de spelerstunnel. De Belg, ex-speler van ADO, verontschuldigde zich door te zeggen dat hij al een outfit met een speler had geruild en hij er niet nóg eentje mocht weggeven. Een steekproef leert dat clubs zo hun eigen regels op dit gebied hebben:

FC Twente - De spelers krijgen ‘tegen een gereduceerd tarief’ de beschikking over tien wedstrijdshirts die ze na een competitieduel mogen ruilen. Na een Europese wedstrijd mogen ze hun shirt kosteloos weggeven.

RKC Waalwijk - De spelers hebben de beschikking over vier thuistenues en vier uittenues. Daar moeten ze een heel seizoen mee doen. Ruilen en weggeven mag best, maar als hun acht shirts op zijn moeten ze de nieuwe outfits zelf betalen. Tegen inkoopprijs; dat dan weer wel.

ADO Den Haag - Bij ADO gelden dezelfde regels als bij RKC. „Na de wedstrijd worden de shirts gewoon gewassen en het volgende duel weer gebruikt”, zegt woordvoerster Nathalie Nuiten. „Als de spelers elke week hun shirtjes weggeven, loopt het uit de hand en kunnen we het simpelweg niet meer betalen. Een paar jaar geleden waren de regels nog strenger, want toen moesten ze alle extra shirts zelf betalen. Dat is afhankelijk van hoeveel shirts we ter beschikking gesteld krijgen van de sponsor.”

Vitesse - Al jaren geldt bij Vitesse dat de spelers zelf hun shirtjes moeten betalen als ze die willen ruilen of weggeven. Nu de rijke clubeigenaar Merab Jordania de scepter in Arnhem zwaait, zal dat niet veranderen. „Alleen rond Europese wedstrijden mogen spelers hun shirt ruilen”, aldus de woordvoerster van de club.

Feyenoord - De Rotterdammers hebben al jarenlang hetzelfde budget voor shirts. Maar omdat de tricots steeds duurder zijn geworden, heeft de club nu minder wedstrijdtenues ter beschikking. Daarom is met de spelers de afspraak gemaakt dat ze hun shirtje niet weggeven. Ze kunnen van tevoren wel een aanvraag indienen als ze tegen bijvoorbeeld een bevriende ex-ploeggenoot spelen en met hem willen ruilen. Voor deze uitzondering hoeven ze niet te betalen.

PSV - „Door de club, begeleiding en spelersgroep zijn daar vaste afspraken over gemaakt, maar die houden we intern”, aldus een zegsman van de Brabanders.

Heracles Almelo - De afgelopen jaren heeft Heracles behoorlijk aan de weg getimmerd en dat was te merken aan de shirtjesruil. Steeds meer tegenstanders wilden het zwart-witte tricot ruilen tegen hun eigen outfit. Vandaar dat dit seizoen de regel is ingevoerd dat de spelers maximaal vier shirts mogen weggeven.

Ajax - Op exacte aantallen kon de landskampioen gisteren niet ingaan, maar in de competitie en in het bekertoernooi mogen de spelers een beperkt aantal shirts ruilen. „Als ze er meer willen weggeven, worden de kosten doorbelast aan de spelers”, aldus woordvoerster Eefje Schep. In Europa mogen de Ajacieden elke wedstrijd hun outfit uitwisselen met hun tegenstander.

FC Groningen - Volgens persvoorlichter Richard van Elsacker wordt er te weinig geruild om er een protocol voor op te stellen.

AZ - Vooral Erik Falkenburg ruilt graag shirtjes met zijn tegenstanders. Hij mag dat onbeperkt doen, als hij het maar zelf betaalt. Dat geldt voor alle spelers van AZ, die alleen in Europa gratis van shirt mogen wisselen na een wedstrijd.

Roda JC - Bij de Limburgers is het verboden om shirtjes te ruilen in verband met de kosten die daarbij komen kijken. Alleen in uitzonderlijke gevallen kijkt de club of ‘er iets geregeld kan worden’.

Willem II - In Tilburg krijgen de spelers een shirt met korte en lange mouwen en daarmee moeten ze het doen. Geen geruil dus. „Al gebeurt dat natuurlijk wel af en toe. Bijvoorbeeld als twee spelers elkaar van vroeger kennen”, zegt woordvoerder René Vermetten. „Maar dan gaat het vaak om shirts die ze van tevoren zelf in de fanshop hebben gekocht.”

Bron: De Spits